Hoe maken we ons onderwijs weer beter ?

en onafhankelijke commissie presenteert vandaag 58 adviezen om het Vlaamse onderwijs te verbeteren. Hoe staan onze scholen er vandaag voor? ‘We hebben de dalende onderwijskwaliteit de afgelopen decennia onvoldoende serieus genomen.’

Z even experts en zeven leraars kregen in oktober 2020 de opdracht een lange­termijnvisie voor het Vlaamse onderwijs te bedenken. Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) gaf hen die, na alarmerende berichten over het tanende niveau in de Nederlandstalige scholen.

Een jaar later is het rapport van 150 pagina’s klaar. Commissievoorzitter Philip Brinckman wilde het aanvankelijk prestenteren in Ploegsteert. ‘Tijdens de Eerste Wereldoorlog legden de troepen er de wapens neer en kwamen ze uit de loopgraven om samen Kerstmis te vieren’, zegt Brinckman. ‘Ik hoop dat het rapport hetzelfde kan doen voor het onderwijsveld: alle spelers uit de loopgraven halen.’

Uiteindelijk viel de keuze op een iets centralere locatie: de basisschool De Duizendpootjes in Aalst. Daar presenteert de commissie vandaag 58 adviezen voor het Vlaamse onderwijs. Dit zijn de voornaamste pijnpunten.

1

Niet meer top in wiskunde

Het wiskundeniveau van Vlaamse leerlingen daalt al jaren. In 2003 stond Vlaanderen bovenaan in het PISA-rapport, dat de wiskundige geletterdheid

bij 15-jarigen meet. In 2018 was Vlaanderen gezakt naar plaats tien. Een groeiend aantal leerlingen beheerst het absolute basisniveau voor wiskunde niet. ‘Er zijn heel veel hypotheses over hoe dat komt, maar weinig is echt aangetoond’, zegt Koen Pelleriaux, de topman van het Gemeenschapsonderwijs (GO). ‘Kinderen zijn niet dommer geworden. Er is geen daling van het IQ.’

Aan de lestijd kan het niet liggen. Volgens het TIMSS-­rapport, dat het wiskundeniveau van tienjarigen meet, besteed­de een Vlaamse leerkracht in het vierde leerjaar in 2019 22 procent van de lestijd aan wiskunde. Filip Moons, onder­zoeker aan de UAntwerpen, ziet het lerarentekort als een van de oorzaken van het dalende niveau. ‘Veel leerkrachten die wiskunde geven, hebben dat niet gestudeerd. Twee schooljaren geleden ging het om ruim de helft van de starters in de eerste twee graden van het secundair onderwijs.’

Moons wijst ook op de gevolgen van de verbreding van de tweede graad. ‘Er is nog maar één richting Latijn. Leerlingen die vroeger Latijn-wiskunde deden en meer wiskunde aankunnen, krijgen minder uitdaging. In 20 jaar zijn we bijna de helft van onze toplaag verloren. Begin jaren 2000 scoorde 34 procent van de Vlaamse leerlingen nog bij de toppresteerders. In 2018 was dat amper 19 procent.’

2

Lezen is een werkpunt

Net als de wiskunderesultaten gaan ook de taalvaardigheden van leerlingen erop achteruit. Voor het eerst vielen de Vlaamse leerlingen in 2018 buiten de top tien van OESO-landen voor leesvaardigheid. Van plaats 3 op de ranglijst maakt Vlaanderen een duik naar plaats 18. Bijna een op de vijf Vlaamse leerlingen haalt het PISA-referentieniveau voor leesvaardigheid niet en wordt beschouwd als ‘laagpresteerder’.

De achteruitgang van het talenonderwijs is nog sterker dan die van wiskunde. De talenopleidingen trekken almaar minder volk. Een op de vijf taalleerkrachten heeft niet het vereiste diploma. ‘De jongste jaren werden leerlingen vooral warm gemaakt voor STEM-opleidingen’, zegt VUB-professor Wim Vandenbussche. ‘Dat is goed, technische skills zijn belang­rijk, maar de slinger is doorgeslagen. Bovendien wordt taalonderwijs te vaak in één adem genoemd met taalachterstand. Ik zie te weinig wervende initiatieven over taal.’

Julie Lippens van het Vlaams Talenplatform, dat de academische taalopleidingen vertegenwoordigt, wijst op de veranderende leefomstandigheden van leerlingen. ‘Leerlingen lezen minder langere teksten en ontvangen voortdurend korte digitale berichten’, zegt ze. ‘Die blinken niet uit in nuance en complexiteit. Het maatschappelijk aanzien van talen neemt ook af, terwijl de interesse van leerlingen in beeldcultuur en digitale media aan populariteit wint.’

3

Tekort aan leraren

Nooit waren er bij het begin van het schooljaar zoveel onderwijsvacatures. Voor alle vakken en in alle regio’s heerst een tekort. Eind augustus had de arbeidsbemiddelaar VDAB nog 1.565 vacatures openstaan voor leerkrachten in het secundair. Dat is bijna drie keer zoveel als een jaar eerder. In het basisonderwijs was sprake van een verdubbeling.

Wetenschappers waarschuwen al 20 jaar voor dat scenario. ‘De situatie is zeker niet uniek voor Vlaanderen’, zegt VUB-onderzoeker Bram Spruyt. ‘Heel Europa kampt met een grote groep babyboomers, die stilaan met pensioen gaat. Dat gebeurt net op het moment dat een wat grotere cohorte leerlingen doorstroomt van het basis- naar het secundair onderwijs. En dat in een krappe arbeidsmarkt.’

‘Veel afgestudeerden eindigen bovendien niet voor de klas’, zegt Moons. ‘Velen stromen door naar een master­opleiding en gaan nooit lesgeven.’

Toch heeft Vlaanderen gemiddeld meer leraars per inwoner dan in het buitenland. Maar door de opdeling in twee onderwijsnetten hebben we meer scholen en dus meer onderwijs­personeel nodig. Zal de commissieBrinckman dat heilige huisje durven te slopen? Spruyt gelooft van niet. ‘Dat zal de komende 20 jaar niet gebeuren.’

4

Onaantrekkelijke job

In vijf jaar daalde het percentage Vlaamse leerkrachten dat het gevoel heeft dat de samenleving het lerarenberoep waardeert met 20 procent. ‘Nergens anders is dat zo sterk achteruitgegaan’, zegt Spruyt. ‘We kunnen niet goed verklaren hoe dat komt. Maar het crisisdenken over onderwijs heeft niet geholpen.’

Alle experts wijzen erop dat het uitblijven van een loopbaanpact – dat het lerarenberoep herwaardeert – veel van de huidige malaise verklaart. Opeenvolgende ministers van Onderwijs beten er hun tanden op stuk. ‘Dat het loopbaanpact er nooit kwam, is dramatisch’, zegt onderwijsspecialist Dirk Van Damme (ex-OESO). ‘Ben Weyts probeert het nu door te morrelen aan de cao, maar zo kom je niet tot een omvattende visie op onder­wijs.’

Ook het idee dat leraren uren verliezen aan administratieve taken schrikt af. ‘Maar onderzoek ondersteunt dat beeld niet’, zegt onderwijssocioloog Spruyt. ‘Uit het recentste onderzoek naar tijdsbesteding van leerkrachten blijkt dat ze in het lager onderwijs en in de eerste graad van het secundair gemiddeld 3 uur per week kwijt zijn aan administratieve taken. Dat is niet lang.’

Waarom klagen leerkrachten

er dan zoveel over? ‘Omdat ze het gevoel hebben dat de administratie nutteloos is’, zegt Spruyt. Moons beaamt. ‘Sommige leerkrachten moeten elk detail in het leerlingvolgsysteem invullen, om vervolgens vast te stellen dat niemand het leest en er nooit iets mee gebeurt’, zegt hij.

Dat sommige scholen doorslaan, heeft volgens Van Damme veel te maken met veeleisende ouders. ‘Er is een perverse tendens van ouders die evaluaties in vraag stellen en in beroep gaan tegen beslissingen’, zegt hij. ‘Die bemoeienis moet minder’, zegt ook Moons. ‘Ouders en leerlingen kunnen tegenwoordig ongehinderd met de leerkracht communiceren via Smartschool. Dat constante gesprek is belastend.’

‘We hadden tien jaar geleden – toen de tekorten relatief beperkt waren – de status van het beroep kunnen opkrikken door strenger te zijn bij de instroom’, zegt Spruyt. Die ruimte is er niet meer, met een groot tekort en een dalende instroom in de opleiding.

Volgens Spruyt zal het lerarentekort nog groeien voor het beter wordt. De onderwijs­wereld vraagt maatregelen om zij-­instromers aan te sporen de switch te maken. Daar is volgens Spruyt de meeste winst te boeken.

‘Maar dan is er meer nodig dan het behoud van acht jaar anciënniteit. GO-topman Koen Pelleriaux: ‘Mensen met acht jaar anciënniteit, dat zijn dertigers. Die maken de overstap niet. Dat doen mensen pas later in hun carrière. Zij zouden meer anciënniteit moeten kunnen mee­nemen om andere drempels – het lagere loon en het verplicht volgen van een lerarenopleiding – te compenseren.’

5

Tevreden met middelmaat

Onderwijspecialisten en de politiek hebben jaren­lang geen probleem gemaakt

van de lagere scores van Vlaamse leerlingen. Ze haalden nog altijd de middenmoot, en dat was het belang­rijkste. ‘We hebben de dalende onderwijskwaliteit de afgelopen decennia onvoldoende au sérieux genomen’, zegt Van Damme. ‘Er ontstond vanuit het gelijkekansenideaal weerstand tegen excellentie’, zegt Van Damme. ‘Die is nog altijd niet weg.’

‘Het kennisrelativisme is doorgesijpeld in de lerarenopleiding’, zei onderwijsdeskun­dige Tim Surma eerder aan De Tijd. ‘Vanuit het mantra dat het niet meer zo belangrijk is om dingen te weten omdat je ze kan opzoeken of vragen.’

Het onderwijsonderzoek was de voorbije decen­nia te ideologisch, zeggen specialisten. Daardoor is er wel een zicht op de kwaal, maar nauwelijks op de oorzaak, laat staan de remedie. Van Damme: ‘Het is in het onderwijs niet zoals in de geneeskunde, waar wetenschappelijk bewijs het fundament is van een behandeling. Onderwijsbeleid vertrekt te vaak vanuit ideologie.’

Tegelijk mag het onderwijs geen afvalrace worden. ‘Je hebt beide nodig: gelijke kansen en excellentie’, zegt Van Damme. ‘Gelijke kansen in een middelmatig onderwijssysteem, dat zijn geen echte gelijke kansen.’

Inmiddels beginnen de geesten zowel in de politiek als in de wetenschap te rijpen. Van Damme: ‘De wetenschappelijke methodes veranderen. De cognitieve psychologie en neurowetenschappen winnen aan belang en ontwikkelen een nieuwe visie over leren, zonder te vervallen in ideologie. De commissieBrinckman probeert zo tot een consensus te komen: door een visie te formuleren die onderbouwd is door goede wetenschap.’ Wat is er aan de hand?

De jongste decennia is het Vlaams onderwijs weg­gezakt in tal van kwaliteits­onderzoeken. Vooral voor wiskunde en taalvakken is het niveau sterk gedaald.

Waar zitten de pijnpunten?

Vlaanderen kampt met een ernstig lerarentekort. Er is lang te weinig gedaan om het beroep aantrekkelijk te maken, waardoor minder mensen kiezen voor een job in het onderwijs. Signalen over een dalende onderwijskwaliteit werden lang genegeerd.

Wat kunnen we eraan doen?

Een onafhankelijke commissie presenteert vandaag een rapport met adviezen om het niveau van het Vlaamse onderwijs op te krikken.

Stéphanie Romans en Pieter LambrechtRedacteurs ■

Verschenen in De Tijd, 27 oktober 2021, PDF

Comments are closed.

Post Navigation